Alumna Birgit Depuydt (2019-2022 – Toegepaste Architectuur)
Een bouwkunstige ommezwaai: Hoe Birgit haar passie vond
Docent Gerda Vanwijck op stap – leestijd 5 min.
Onze opkomende opleiding Bachelor Toegepaste Architectuur zit in de lift. Hoewel de driejarige Bachelor opleiding pas 6 jaar geleden werd gelanceerd, hebben velen al succesvol hun weg gevonden naar diverse werkgebieden.
Birgit Depuydt, een 35-jarige alumna is zo iemand. Twee jaar geleden behaalde ze haar diploma, en vond meteen werk bij Bureau Bouwtechniek in Antwerpen Zuid waar ze ook haar stage had voltooid. Nadat ik haar een e-mail had gestuurd was Birgit meteen bereid om met me te praten, wat me naar Antwerpen Zuid leidde, een wijk die zo modern is dat ik zelfs de deurbel van het bureau niet kon vinden en aan het raam moest staan zwaaien. Gelukkig begeleidden vriendelijke collega’s van Birgit me naar haar werkplek, waar we plaatsnamen aan de vergadertafel voor een fascinerend gesprek.
Mijn knutselgehalte is heel beperkt. Als je met je hoofd een job kunt doen, zit er meer toekomst in vind ik.
Bureau Bouwtechniek is een technisch ontwerp- en adviesbureau voor architectuur, technische en duurzame renovaties en technisch advies. We beschikken over een team van multidisciplinaire bouw- en duurzaamheidspecialisten die vanuit een geïntegreerde en actuele visie op maat van een ontwerp of renovatie adviseren.
Gerda: “Waarom ben je Toegepaste Architectuur gaan studeren?”
Birgit: “Ik was in 2008 klaar met het middelbaar, ik deed er beeldende vorming en vervolgens een paar maanden ‘etalagist’ in avondschool. Daarna ben ik gaan werken, een jaar in een Zara winkel, daarna zo’n tien jaar in de winkel Makro en dan was ik die verkoop beu, ik wilde opnieuw een uitdaging in mijn leven.
Ik heb mij dan ingeschreven bij Syntra voor een cursus technisch tekenen en heb mijn full time job opgezegd. Maar een week voor de cursus zou starten kreeg ik een telefoontje van Syntra dat het niet doorging omdat er te weinig inschrijvingen waren.”
Gerda: “Oei, je neemt zo’n grote beslissing en dan gaat het plots niet door?”
Birgit: “Ja, daar stond ik dan, zonder job, zonder opleiding en zonder een deftig diploma. Ik ben dan gaan brainstormen met mijn man. Mijn conclusie was dat ik zeker niet terug in de verkoop wilde gaan. Ik had het gehad. Mijn middelbaar diploma was ook niet specifiek genoeg. Ik ben dan naar de Hogescholen gaan kijken liefst een technische richting of iets met architectuur.
Ik ben dan naar de opendeurdag geweest van jullie school, het was het tweede jaar dat TA bestond. Ik was ook aan het twijfelen over interieurvormgeving. Maar toen ik hoorde hoeveel gegadigden er waren voor Interieurvormgeving, dan twijfelde ik aan de werkzekerheid in die branche.”
Gerda: “Jij zal dat ook beter aanvoelen. Waarom eigenlijk die technische richting, want je had toch beeldende en etalage gedaan?”
Birgit: “Mijn knutselgehalte is heel beperkt. Als je met je hoofd een job kunt doen, zit er meer toekomst in vind ik. Ik heb mij dan bij TA ingeschreven nadat ik had gekeken of ik die drie jaar financieel kon overbruggen. Uiteindelijk ben ik dan in het diepe gesprongen.”
Gerda: “De nieuwe opleiding is wel een schot in de roos, afgaand op de inschrijvingen van de laatste vijf jaar.”
Birgit: “Het is een heel leuke inwijding in de architectuur, je leert alle aspecten ervan kennen. Ik heb er ook tijdens corona gezeten, we hebben toen wel veel gemist. We hebben die grote maquettes niet gemaakt. En de studenten die nu hier stage komen doen vertellen dat ze city trips hebben gedaan, dat heb ik wel gemist. Maar mij kwam corona goed uit, je kon van thuis uit studeren, je kon eigenlijk weinig anders doen dan studeren en ik deed het graag. De opleiding was heel leuk omdat je op een menselijke manier in de architectuur wordt binnengerold.”
arch. ass. Birgit Depuydt
Adviseur platte daken
Birgit behaalde een bachelor Toegepaste Architectuur aan de Thomas More hogeschool in Mechelen. Na haar werkplekleren stage in het kader van haar opleiding koos ze er in 2022 voor om permanent deel uit te maken van Team Renovatie, Restauratie & Onderhoud.Birgit houdt van de technische uitdaging in haar job als assistent dakrenovaties. Ze staat graag op een dak, maar haalt ook energie uit haar bureauwerk. Een goed opgemaakt renovatiedossier leidt nl. tot weinig verassingen op de werf. En als er weinig lijken van het dak vallen, zijn er alleen maar blije mensen. En laat dat nu zijn waar ook Birgit vrolijk van wordt.
Gerda: “Wat bedoel je met menselijke manier?”
Birgit: “De manier waarop je geïntroduceerd werd in die nieuwe technische vakken, ook al had je geen vooropleiding of technische achtergrond, het werd allemaal op een fijne en goeie manier aangebracht. De leerkrachten waren aanspreekbaar, bijvoorbeeld als je iets niet verstond. Of je kon ook gewoon een babbel met hen doen. Ik denk dat zoiets niet mogelijk is op een universiteit. En ook de verscheidenheid van studenten vond ik fijn.”
Gerda: “Hoe was dat voor jou om in zo’n groep relatief jongere mensen terecht te komen?”
Birgit: “Dat was wennen, ook omdat het zo’n grote groep was, wel 160 studenten. En ik kwam van de Makro waar de gemiddelde leeftijd 50 jaar was en nu opeens waren dat jongeren tussen de 18 en 19 jaar, en vooral jongens. Ik moest toen even schakelen. We werden in groepjes ingedeeld, ik kende er niemand maar op den duur had ik wel een klik met iemand die op dezelfde manier werkte als ik. Er waren er ook die wilden fuiven en feesten, maar ik wilde leren en werken.”
Gerda: “Lukte het dan, want je moest wel samenwerken?”
Birgit: “Ik moest ze soms pushen, maar ik heb dan wel een groepje gevonden waarmee ik goed kon samenwerken. Ik vind dat ook een goede leerschool want hier op ons werk zitten we ook in bouwteams en moet je continu communiceren met iedereen.
Dat is iets waarop ze in de opleiding meer mogen inzetten, op dat communiceren. Want ik merk dit aan mezelf en aan de andere jongeren die hier op het bureau komen werken, dat het heel moeilijk is om een werfvergadering te leiden, of onderling in een team te communiceren. En je moet toch altijd met iemand overleggen: soms is dat in een teamvergadering, of op een werf, of een overleg met de klant of aannemer, of de uitvoerder. En ook een werfverslag maken moet je al doende leren.”
Gerda: “Is dat iets dat je kan kiezen hier op het bureau, dat je bijvoorbeeld liever tekent dan mee te gaan naar de werf als je niet graag communiceert?
Birgit: “We hebben hier veel verschillende disciplines bijvoorbeeld de CADcel die 3D of 2D modelleren, en er zijn mensen die meegaan naar de vergaderingen op de werf. Maar dat blijft teamwerken met zo’n 15 mensen die samen aan een project werken, en die ook onderling moeten communiceren. Wij krijgen een opdracht van onze klant, want wij zijn eigenlijk de uitvoerders”
Gerda: “Hoe werkt dat dan precies, zijn die architecten jullie opdrachtgevers?”
Birgit: “De architect ontwerpt, dat ontwerp komt naar ons en wij zorgen ervoor dat het ontwerp bouwtechnisch goed in elkaar zit, conform de wetgeving is en gebouwd kan worden binnen het vooropgestelde budget en met oog op de toekomst. In 9 op 10 gevallen voeren wij dat ook uit, want meestal is dat een buitenlandse architect voor een opdrachtgever in België of een gebouw hier in België. Zo vormden wij samen met Zaha Hadid Architects een tijdelijke maatschap en waren dus samen architect van het Havenhuis. Elk vanuit onze rol. Maar we waren van bij de wedstrijd mee betrokken. Onze CADcel heeft het ontwerp van de gevel technisch en financieel geoptimaliseerd. Zodat die uitvoerbaar werd. Wel volledig binnen de esthetische wensen van de architect.”
Ik kwam van de Makro waar de gemiddelde leeftijd 50 jaar was en nu opeens waren dat jongeren tussen de 18 en 19 jaar
Birgit Depuydt
Werfbezoek Toegepaste Architectuur
‘Alleen’ maar tekenen vond ik wel saai.
Gerda: “Wel boeiend allemaal, had je gedacht dat je dit kon doen toen je begon te studeren?”
Birgit: “Nee, mijn insteek was dat ik BIM-modelleur wilde worden en ik heb dat voor een deel gedaan tijdens mijn eerste stage in het architectenbureau Conix Architects. Ik heb dan gemerkt dat ik ‘alleen’ maar tekenen wel saai vond. En ook omdat die projecten jaren duren en je hebt weinig afwisseling. Gelukkig ben ik dan hier op dit bureau terechtgekomen voor mijn volgende stage, bij de TAO-cel, de cel voor technisch advies. Die O staat voor van alles: Onderzoek, Ondersteuning, Opvolging, Onderhoud. Ik specialiseer mij in dit team in dakrenovaties, maar zo zijn er ook teams die enkel gevelrenovaties doen. Ik wist niet goed wat ik ervan moest verwachten tijdens de stage. Nu vind ik het prettig dat ik contact heb met de bouwheer, of met de aannemer. Ik maak bestekken en meetstaten op, ik maak foto’s van het gebouw en ik volg de hele uitvoering op. Onze projecten duren maar drie maanden en dat maakt dat er veel afwisseling is.”
Gerda: “Wat is BIM precies?”
Birgit: “BIM betekent Building Information Modeling. Het BIM-verhaal is heel ruim, iedereen kan dat invullen naar zijn kunnen. Wat wij hier doen is onze projecten uitwerken in Revit en modelleren tot een 3D model. Wat wij hier doen zijn de architectuurplannen modelleren van 2D naar 3D en in dat 3D model verwerken we andere onderdelen zoals stabiliteit en techniek. Wij coördineren dit samen met het stabiliteitsbureau. Zo wordt het samen een heel slim pakket. Je kan daarmee ook je bestek en meetstaat laten uitrollen. Je kan er een ‘clash detectie’ opzetten waardoor bepaalde dingen die je hebt getekend worden opgemerkt en de fouten eruit worden gehaald. Het vergemakkelijkt eigenlijk het werk en je bent zeker dat het klopt.”
Gerda: “En gebruiken jullie ook al AI?”
Birgit: “Een paar collega’s zijn fan van ChatGPT, die proberen dat te verwerken in de plannen, door formules in te geven in dat BIM-model. Zo kan je een code ingeven, bv. dat alle deuren in een gebouw naar een andere richting moeten draaien.
Iemand van het bureau volgt nu ook een BANABA opleiding ‘Internet of Things’ (IoT), een studie om bijvoorbeeld een woning ‘slim’ te maken, door apparaten via een internetverbinding met elkaar te schakelen of bv. door temperaturen in verschillende ruimten nog beter te regelen, maar er zijn nog zo veel andere zaken.”
Ik moest ze soms pushen, maar ik heb dan wel een groepje gevonden waarmee ik goed kon samenwerken.
Brigit Depuydt
Je moet niet verlegen zijn om te vragen wat een andere verdient.
Gerda: “Wat zou je de huidige studenten van TA willen meegeven?”
Birgit: “Dat is moeilijk, want tijdens mijn opleidingsjaren hadden wij twee keer een stage van zes maanden en nu mogen ze maar één keer stage doen. Ik vind dat jammer want bij bureau A heb je niet dezelfde ervaring als bij bureau B ook al doe je hetzelfde werk.”
Gerda: “12 maanden stage is dat niet veel?”
Birgit: “Nee, ik vond van niet, in het laatste jaar hebben we alleen maar stage gedaan, dat was 32 uren werken en één dag naar school. Dan werd er op de campus nog wat lesgegeven en overlegd over onze ervaringen tijdens onze stages.
Ik wil wel aan de huidige studenten meegeven dat ze niet bang moeten zijn om de sprong te wagen om af en toe van werk te veranderen, maar ik denk dat de jongeren van nu dat sowieso doen. En ook: leer onderhandelen met je baas. We hebben wel geleerd om een CV op te maken en een oefening ‘hoe solliciteren’, dat was wel positief.
Ook een tip: je moet niet verlegen zijn om te vragen wat een andere verdient, of om te zeggen wat je zelf verdient. Dat is misschien raar, maar persoonlijk vind ik dat goed om te weten waar je staat. Bij de overheid bestaan er loonbarema’s en is dat duidelijk en transparant. Maar als je bij een bureau start, weet je niet hoeveel je kan vragen als loon, want je kan niet vergelijken en vaak gaat het over extra voordelen zoals een auto of een laptop, maar dan ken je het nettobedrag nog steeds niet. Er wordt daar vaak zo geheimzinnig over gedaan.”
Gerda: “Is dat niet typisch Belgisch? Het is natuurlijk belangrijk dat je een eerlijk loon verdient, maar betaal je in het begin ook niet een beetje leergeld?”
Birgit: “Dat geheimzinnige speelt in de kaarten van de werkgever omdat je geen idee hebt wat de vergoedingen zijn. Ze zouden op school bijvoorbeeld kunnen meegeven aan wat een beginloon kan zijn voor een job bij een aannemer of op een studiebureau dat zou de studenten beter wapenen voor de toekomst.”
Gerda: “Aan welke vakken heb je het meeste gehad voor je huidige job?”
Birgit: “Aan de technische vakken: hoe zit een gebouw in elkaar, en om te leren alles in detail te bekijken, dat vond ik de leukste en interessante vakken. Als stagiair op een architectenbureau merkte ik toch dat wij voor het technische en het uitvoerende gedeelte meer mee hebben gekregen dan iemand uit een architectuuropleiding.
Ook Revit, een tekenprogramma vond ik leuk, dat gebruiken we bij TAO niet en dat vind ik wel jammer. Want bij TAO tekenen wij in Autocad, als wij daken of gebouwen renoveren dan is dat meestal nog aan de hand van papieren plannen of, heel zelden, digitale plannen en die zijn meestal aangeleverd als een dwg (Autocad bestand). “
Gerda: “Aan wat denk je nog het vaakst terug, als je aan je studiejaren denkt?”
Birgit: “Eigenlijk aan het studeren op zich, dat was zo’n zaligheid. Ik had het voordeel dat ik het studeren dan ook nog vergelijken met mijn tijd als werknemer. Ik voelde mij ook altijd een beetje een moederkloek, die jonge gasten vonden mij wel grappig als ik zei dat ik nog eten moest maken of mijn huishouden moest doen. Maar ik vond het wel fijn om met die jeugd samen te studeren”
Gerda: “En de jury’s, was dat niet pittig voor jou?”
Birgit: “Dat viel wel mee, het spannendste waren de deadlines, zeker tijdens corona of met een groepswerk, want wij moesten alles digitaal indienen voor een bepaald tijdstip, en dan was het hopen dat het internet niet uitviel. De jury op zichzelf vond ik wel leuk, iedereen vond dat stressy, maar ik was niet zo zenuwachtig want de docenten waren soms leeftijdgenoten en ik had er vaker een babbel of betere conversaties mee dan met mijn medestudenten.”
Gerda: “Ja, dat scheelt wel als je wat ouder bent en meer ervaring hebt, je wist ook duidelijk wat je wou met deze studies.”
Birgit: “Ja dat is waar, toen we afstudeerden waren er enkele die zeiden dat ze nog een Master wilden studeren, ik zei dan tegen hen: “Het is nu het moment om dat te doen. Als het kan en het mag van je ouders, doe het en wacht geen tien jaar zoals ik.” Een diploma hebben is echt belangrijk.
In de periode dat ik mijn opzeg had gedaan bij de Makro en mij had ingeschreven voor TA die pas in september begon, heb ik een interim job gedaan want ik had het geld nodig. Ik werkte toen bij een IT bedrijf en deed er goederenbeheer (supply chain). Ik werd bij de bazen geroepen en zij vroegen mij of ik manager wilde worden van mijn afdeling. Dat was even slikken maar toen dacht ik “je bent dan wel manager, maar een zonder diploma” en ik heb het dus geweigerd om toch eerst mijn TA diploma te behalen.
Gerda: “Heb je er spijt van?”
Birgit: “Je kan je altijd afvragen ‘wat als’. Maar ik ben blij dat ik nu een diploma heb voor iets dat ik graag doe, en waar ik ook verder mee geraak.”
Gerda: “Bedankt Birgit, vooral voor jouw positieve verhaal, je interessante ervaringen en ook voor de goeie tips.”
Ik moet Birgit weer aan het werk laten, terwijl haar collega’s lachend opmerken dat zij ondertussen al het werk lijken te doen. Het lijkt een plezierige en bijzonder leerzame werkomgeving te zijn. Na een hartelijk afscheid, maak ik nog snel enkele foto’s van haar en de voordeur. Links van de deur staat namelijk de paal met de deurbel, een detail dat ik nu niet wilde missen.