4 alumni mijmeren over hun tijd bij ID&A

Brouwerij Haacht: een broeihaard voor alumni

Docent Gerda Vanwijck op stap – leestijd 6 min.

Vandaag gaat mijn tocht naar de brouwerij Haacht in Boortmeerbeek, een gekend monument in de regio Vlaams-Brabant. Tijdens mijn zoektocht naar alumni viel mijn oog op oud-student Gert Van der Vloet die in de brouwerij werkt als interieurvormgever. Als ik hem contacteer zegt hij onmiddellijk “weet je dat hier nóg vier alumni werken?”.
Het is overduidelijk dat Brouwerij Haacht een plek is waar onze studenten hun weg naartoe vinden. Mijn nieuwsgierigheid werd gewekt.

Het was een regenachtige dag, maar de ontvangst was warm. Vier van de vijf voormalige studenten begroetten me op de brouwerijsite en in een knusse ruimte ontstond een aangenaam gesprek.

  1. Griet Aerts (1995 -1999)
  2. Bart Schildermans (1999 – 2000), Bart was niet bij het gesprek.
  3. Gert Van der Vloet (1999 – 2003) VOMO Meubelontwerp
  4. Saskia Keppens (2001-2004)
  5. Sarah Peeters (2007-2010)

"De theorie was ook belangrijk, maar dat praktische heeft me wel sneller op weg geholpen in mijn job."

Saskia Keppens

Saskia, Sarah, Gert, Griet

Sarah Peeters, Saskia Keppens, Gert Van der Vloet, Griet Aerts

Zotte ideeën...

Ik steek onmiddellijk met mijn eerste vraag van wal: “Hoe zijn jullie hier terecht gekomen?”

Griet antwoordt dat ze onmiddellijk na haar studies in november 1999 hier kon beginnen werken. Het was via een vacature in een lokaal krantje waarin de brouwerij een nieuwe medewerker zocht voor de dienst gebouwen, nu heet dat real-estate. Ze zochten toen iemand die vooral interieurs kon uittekenen, vaak van verbouwde panden. Bart volgde Griet een jaar later.

Sarah stuurde in de laatste maanden van haar opleiding haar CV naar de ‘dienst Gebouwen’ van de brouwerij. Al snel ontving ze een telefoontje; ze zochten iemand die direct kon invallen voor een collega met zwangerschapsverlof. Aanvankelijk begon ze als jobstudent, maar inmiddels werkt ze hier al meer dan tien jaar. Ook Gert en Saskia werken hier respectievelijk al 15 en 11 jaren.

Brouwerij Haacht heeft altijd veel waarde gehecht aan het in dienst nemen van interieurvormgevers, bouwkundigen en/of architecten. Nieuw aangeworven panden worden direct bezocht, verbouwd en ingericht. “En die verbouwingen zijn wel erg veranderd” licht Griet verder toe. Sarah vult aan dat de taken nu veel omvangrijker zijn. In het verleden beperkte het werk zich tot het ontwerpen van een bar in een lokaal dorpscafé en het verstrekken van advies over meubels en kleuren. Nu is het werk veel creatiever maar ook complexer.

Ik vermoed dat er dan toch veel afwisseling is in hun werk?

“O ja” reageert Griet, “dat kan gaan van het kleinste dorpscafé tot megagrote projecten in Brussel, Bordeaux of zelfs in Quebec”.

Gert is het erover eens dat het allemaal heel gevarieerd is. Hij vindt zelfs dat zij als interieurvormgevers een grote troef zijn wanneer een uitbater van een café advies of hulp nodig heeft voor hun interieur. Zij zijn expert in dit soort inrichtingen voor brouwerij Haacht.

En krijgen jullie dan veel vrijheid?

“Ja en nee” antwoordt Gert. “Het meeste hangt af van het budget dat de uitbater heeft, maar op zich krijgen we wel veel gedaan. Want vaak hebben we zotte ideeën en dan volgen ze ons wel” glimacht hij. Maar Saskia merkt ook op dat er een commercieel luik is, er wordt eerst nagegaan waar het café ligt en wie de doelgroep is, want er is een verschil tussen een studentencafé of een brasserie.

Ik heb de indruk dat hun jobs ook heel veelzijdig zijn en Gert gaat er direct op in. We doen ook het onderhoud van de gebouwen, het patrimoniumbeheer zeg maar. En dat is vaak heel technisch.

Ze moeten ook rekening houden met de voorschriften van Monumentenzorg. In grote steden zoals Antwerpen of Brugge mag je niet alles uitvoeren zoals in een kleinere gemeente. Ze moeten rekening houden met regels met betrekking tot het uitzicht van de gevel en de inrichting. Ondanks deze beperkingen streven ze er nog steeds naar om origineel te zijn in hun ontwerpen voor de inrichtingen.

Gert Van der Vloet

Ik voelde me op school heel vrij, met nauwelijks verantwoordelijkheden. Alles kon en alles mocht.

Gert Van der Vloet

Er is toch niets mis met een gezellige bruine kroeg?

En hoe zit dat dan met klassieke en wat ouderwetse brasserieën, als dat de wens is van een uitbater?

“Ja, uiteraard doen we dat ook” zegt Gert. “Maar we proberen er dan ook nog een eigen touch aan te geven.” En op zich is er niets mis met een typische bruine kroeg waar gezelligheid voorop staat vinden ze. Het is juist een troef van deze groep en van de brouwerij dat ze elke stijl aankunnen. Ze luisteren naar elke uitbater zijn wensen en dringen zeker geen stijl op.

 

Moeten ze dan ook veel afweten over tapkranen en bieren?

Sarah antwoordt dat ze allemaal bij de start van hun job een driedaagse opleiding kregen in de brouwerij – productkennis heet dit. Ze kregen een rondleiding, leerden hoe bier gebrouwen wordt en zelfs hoe ze een goede pint moesten tappen. Aan het einde kregen ze een diploma van ‘erkend meester bierschenker’. Ze leerden ook hoe tapkranen werken en gemonteerd worden, hoe een toog wordt opgebouwd, maar ook hoe een horecakeuken werkt en het verloop van afwas tot eten klaarmaken en opdienen.

Boeiend werk lijkt het mij allemaal, maar heeft onze opleiding in Mechelen hier ook aan bijgedragen?

Griet antwoordt dat het voor haar zeker een goede basis was omdat ze in die eerste periode zeer veel moest uittekenen, vooral standaardinrichtingen. Het tekenwerk was zeker geen probleem. Ook het bouwtechnische onderdeel dat ze geleerd hadden op school was een goede basis. Maar waar ze allemaal veel aan hadden waren de lessen over ergonomie van Leentje Van Aken, vertellen ze mij. Zeker als ze togen of keukens moeten uittekenen komen die opgelegde afmetingen of de theorie van ergonomie goed van pas. En ze leren hier op hun werk ook veel van collega’s.

Maar er zijn ook veel kanten aan dit vak die ze niet geleerd hebben op school, zoals meetstaten en bestekken maken of het opvolgen van een werf. Gert realiseert zich dat de omschakeling van de opleiding naar de realiteit wel een redelijke harde omvorming was. Hij voelde zich op school heel vrij, met nauwelijks verantwoordelijkheden, het was ook heel plezant in die jaren. Alles kon en alles mocht.

Toen besefte hij dat de werkelijkheid aanzienlijk anders was. Het omgaan en samenwerken met aannemers en bedrijven bleek voor hem een geheel nieuwe ervaring. Desondanks zijn ze allemaal van mening dat ze zich snel konden aanpassen aan deze realiteit. Saskia merkt op dat de opleiding wel gekend is voor de praktische aanpak, en dat ze het praktisch denken hiervan zeker heeft meegenomen in haar huidige job. De theorie was ook belangrijk, maar dat praktische heeft haar wel sneller op weg geholpen in haar huidige job.

Vergeet alles...

En dan komen de herinneringen boven.

Griet herinnert zich een opdracht in school waar ze een totaalontwerp moest maken voor een schoenenwinkel. Niet enkel de inrichting, maar ook het logo en tot de schoendozen toe. Dat creatief denken viel de eerste jaren wel weg in haar job, maar veranderde doorheen de jaren naar toch een wat meer creatieve invulling.

Gert vond alles zalig tijdens de opleiding. “Alles wat je tekende, ontwierp, schetste kon je omzetten tot een uitgewerkt eigen ontwerp” vertelt hij enthousiast.

Griet haar herinneringen gaan nog terug tot aan de periode dat ze in Coloma zaten. Dat waren klassieke leslokalen en containers waar ze theorielessen kregen van o.a. Annemie De Bruyn, Hilde Schoeters en Leentje Van Aken. Behalve voor de praktijkvakken, dan trokken ze naar de Zandpoortvest waar de eerste atelierlokalen klaar waren. Voor hen werd dit plots een heel inspirerende omgeving “Ik werd er instant creatief” omschrijft Griet het. Ook de brainstormmomenten met Patrick Reuvis komen terug boven, heel boeiend maar soms ook uitdagend. Zo moest ze een kast ontwerpen voor een parfumflesje. Zij had een heel gewone eenvoudige kast ontworpen maar die werd direct afgekeurd. Ze had het gevoel dat ze het niet begreep want het was toch een kast, tot ze tegen haar zeiden dat ze alles moest vergeten wat ze als gewoon en standaard beschouwde, maar dat ze vooral origineel en inventief moest zijn.

Gert vindt ook dat de relatie student-docent heel aangenaam was. De docent stond eerder naast de student dan boven. Voor hem zijn vooral de gesprekken met Hans Le Compte bijgebleven.

Saskia herinnert zich de studiereizen goed, vooral omdat ze telkens een compleet nieuwe wereld ontdekte. Zo herinnert ze zich in het tweede jaar dat ze zich allemaal moesten verzamelen aan het douaneplein in Mechelen, waar vier bussen klaar stonden. De studenten werden in vier groepen ingedeeld en ze wisten niet waar ze naartoe gingen. Hun bus reed naar Hasselt, de andere bussen reden naar Antwerpen, Brussel, Gent. Door die reizen en bezoeken leerden ze ook hoe ze kritisch moesten kijken naar alles. En ook in die jaren dat ze op school zaten werden ze voortdurend op de hoogte gehouden over nieuwe ontwerpen en ontwerpers. Door het vak hedendaagse kunstontwikkeling dat werd gegeven door Ilze Quaeyhaegens, opende er zich een hele nieuwe wereld.

Gert vertelt een verhaal over een van zijn meubelontwerpen die hij maakte bij VOMO. Het zitmeubel legde een weg af van houtbuigerij Desmet naar Indera en via een tentoonstelling van Interieur Kortrijk belandde het tenslotte bij de bekende meubelontwerper Danny Venlet die het meubel als prijs won. Maar ook omgekeerd, zo heeft Gert een stoel van Danny Venlet gekregen nadat hij de publieksprijs bij Bulo won.

Sarah Peeters

Sarah Peeters

Ik herinner me de studiereizen goed, vooral omdat ik telkens een compleet nieuwe wereld ontdekte.

Saskia Keppens

Saskia Keppens

Nachtjes doorwerken.

Of de jurymomenten ook zo’n positieve herinneringen oproepen?

Niet altijd zo positief blijkt… Sarah herinnert zich dat er veel medestudenten met huilbuien buiten kwamen – het waren stressvolle momenten. Ze vond de eerste jurymomenten wat ongewoon, zeker als je net uit de middelbare school komt, waar je hooguit een spreekbeurt moest geven voor je klasgenoten. Maar die jury’s op school, dat was keihard werken. Zelf is ze een last-minute werker, waardoor ze vaak nachtjes moest doorwerken en dan brak ze wel even als de druk weg was. Ook herinnert ze zich nog het cruciale moment dat haar computer crashte op enkele renders. Er was even paniek, waarop ze besliste om wat schetsmatige tekeningen te maken en deze dan maar op te werken met markers. Tijdens haar presentatie voor een jury werd ze geprezen voor haar schetsen, eindelijk nog eens iemand die het aandurft om schetsen manueel op te werken. Wat een meevaller!

Tijdens haar presentatie voor een jury werd ze geprezen voor haar schetsen, eindelijk nog eens iemand die het aandurft om schetsen manueel op te werken.

Griet reageert dat in haar studieperiode nog geen renders werden gemaakt, maar dat ze leerden om aquarellen te maken van een gekozen foto met een interieur. Het was tijdens de lessen van Klaartje Horsten waar ze stap voor stap de aquareltechnieken aanleerden en waar ze achteraf verwonderd waren over het knappe resultaat.

Saskia herinnert zich nog goed dat ze aanvankelijk wat nerveus waren over de externe juryleden. Bij haar was dat Vittorio Simoni, iemand met een gevestigde naam en reputatie, dachten ze. Maar tijdens de jury bleek hij de zachtste en mildste persoon van alle juryleden te zijn.

Griet ziet het allemaal weer voor zich: het moment vóór de jury wanneer iedereen zijn werk moest inleveren. Haar medestudenten met vermoeide ogen, maar die dan prachtige maquettes afleverden en gedetailleerde plannen neerlegden. Vervolgens vertrokken ze met een gebaar van ‘hier is het, laat me nu met rust’, om thuis wat slaap in te halen.

Maar Gert was een goede planner, “ik was altijd ruim op tijd klaar met mijn werk.”

Het feit dat ze dit kon realiseren, gaf haar niet alleen veel voldoening, maar versterkte ook haar vertrouwen in haar eigen kunnen.

Desondanks hadden de jury’s wel degelijk invloed. Saskia concludeert dat ze aanzienlijk meer zelfvertrouwen kreeg door de constructie- en ontwerpdetails die door docenten werden geschetst tijdens begeleidingen, zelf te vertalen naar uitgewerkte plannen. Het feit dat ze dit kon realiseren, gaf haar niet alleen veel voldoening, maar versterkte ook haar vertrouwen in haar eigen kunnen.

Hebben ze na hun studies nog andere opleidingen gevolgd?

Saskia heeft na haar opleiding in Mechelen nog grafische vormgeving gevolgd in Gent. Voor haar was meubelontwerpen te eenzijdig en te technisch. Ze wilde liever wat grafischere dingen doen zoals typografie, lay-out en, illustratie. Dat boeide haar enorm, en ze had de indruk dat het ook een meerwaarde kon zijn voor haar interieurontwerpen.

Sarah heeft de avondschool voor lerarenopleiding gevolgd, waarbij ze eveneens stages moest doorlopen. Deze stages heeft ze bij ons op school voltooid en het was ook wel eens fijn om aan de andere kant te staan, tegenover 200 studenten

Griet Aerts

We moeten afsluiten, iedereen moet terug aan het werk. Ze vonden het alle vier wel fijn dat ze ook eens over hun werk konden vertellen. “Want vaak zien ze ons nog steeds als decorateurs terwijl we zoveel meer doen”, zegt Saskia. Dat is inderdaad waar. Een café of horecazaak is zeer complex, maar gelukkig functioneert dit team als een goed geoliede machine.

Ik zou graag eens een biertje proeven maar durf dit niet te vragen… misschien een andere keer?

Gerda